producten

Inleiding Tabellen 7-7, 7-8 en 7-9 vermelden de model- en onderdeelnummers van voedingskabels die beschikbaar zijn voor gebruik in een HPM. De voedingskabels in tabellen 7-7 en 7-8 zijn voorzien van een geïntegreerde I/O Link-protectormodule. Deze module beschermt de I/O Link Interface-transceivers tegen overspanningen wanneer elke I/O Link Interface-kabel via een protectormodule bij de kaartlezer wordt geleid. De kabels in tabel 7-9 hebben geen protectormodules. Om deze functie effectief te laten zijn, moeten alle kaartlezers in het subsysteem (bijvoorbeeld alle kaartlezers die via de metalen I/O Link Interface-kabel met de HPMM('s) zijn verbonden) de I/O Link-protectormodule hebben. Nieuwe subsystemen: Nieuwe subsystemen beschikken over deze I/O Link-protectormodule. Als een subsysteem zonder protectormodules wordt aangepast en de I/O Link protectormodule-functie gewenst is, kunnen alle bestaande stroomkabels die op de kaartlezers zijn aangesloten, worden geüpgraded door een I/O Link protectormodule-adapterkabel toe te voegen aan het uiteinde van elke stroomkabel. Omdat er twee stroomkabels per kaartlezer zijn, zijn de adapters verkrijgbaar in sets van twee. Stroomkabels naar stroomverdelers (bijvoorbeeld de stroomverdelers met digitale ingang en galvanische isolatie) hoeven niet te worden aangepast. De I/O Link-interfacekabel 51195479-xxx moet altijd worden gebruikt met de I/O Link protectormodule in zowel CE- als niet-CE-conforme subsystemen. Niet-CE-conforme subsystemen: In niet-CE-conforme subsystemen moet de stroomkabelset 51204126-xxx worden gebruikt om de kaartlezers van stroom te voorzien (zie Tabel 7-7). Deze stroomkabels zijn voorzien van de geïntegreerde I/O Link protectormodule-functie. Als een systeem zonder I/O Link-protectormodules wordt aangepast en de functie gewenst is, moeten alle 51201397-xxx-voedingskabels worden geüpgraded door een 51204140-100 CE-conforme I/O Link-protectormodule-adapterkabelset toe te voegen aan het kaartuiteinde van elke voedingskabelset. De juiste I/O Link-interfacekabels moeten vervolgens worden gebruikt met de I/O Link-protectormodules. De kabels staan vermeld in Tabel 7-9. Gebruik voor de stroomverdelingseenheden met digitale ingang en galvanische isolatie die in de kast zijn gemonteerd de stroomverdelingseenheden met 51201397-xxx. Gebruik voor stroomverdeling naar de stroomverdelingseenheden met digitale ingang en galvanische isolatie die zich buiten de kast bevinden de afgeschermde MU-KSPRxx-voedingskabels die staan vermeld in Tabel 7-8.